Meten en Monitoring aanwezigheid EHEC in oppervlaktewater
Indiendatum: aug. 2011
Recent was er een uitbraak van een of meer strains van Enterohemorragische Escherichia coli (EHEC) in Duitsland, waaronder enige zeer virulente strains. Sinds de uitbraak in mei zijn er 4321 mensen besmet geraakt met de variant van de E. coli bacterie. 852 mensen kregen ernstige nierproblemen de infectie. Van hen overleden 52 mensen, 50 in Duisland en één in zowel Zweden als de VS (bron NOS.nl van 26 juli 2011). Recente metingen van KWR in het water van de Rijn toonden aan dat EHEC daar niet in voorkwam. De grote verdunning kan daar debet aan zijn. In Nederlands oppervlakte water kon EHEC worden aangetoond in veeteelt gebieden. Informatie hierover vindt U het Waterforum en een bericht van het KWR.
Vooralsnog werd de bron gezocht in groente, met name in kiemen. Dat is weliswaar de bron voor de mens, maar niet de oorzaak van het voorkomen van EHEC. E. coli en zijn varianten leven in de darmen van warmbloedige dieren en komen via de mest vrij in het milieu. Vooral grote hoeveelheden mest op het land, die via uit- en afspoeling in het water terechtkomt zijn de oorzaak.
Rijland kent delen waar grote hoeveelheden mest op het land worden aangewend. Dat komt deels in het oppervlaktewater terecht via uit- en afspoeling. Het eventueel besmette oppervlaktewater kan daar weer gebruikt worden voor bevloeiing. Met name de kweek van kiemen (die ontkiemen bij hogere temperatuur), zijn gevoelige sectoren.
Gezien de nog steeds voortschrijdende schaalvergroting in de veeteelt, gekoppeld aan het overmatig gebruik van antibiotica, lijkt de kans op volgende uitbraken in de toekomst zeker niet onwaarschijnlijk.
Proactief reageren is raadzaam. De Partij voor de Dieren stelt voor dat Rijnland er zorg voor draagt dat de methodieken om EHEC te detecteren aanwezig zijn in de laboratoria en een monitoring programma naar EHEC in het oppervlaktewater ontwerpt en gebruiksgereed maakt, en eventueel uitvoert.
Een analoog verhaal kan worden gehouden voor de MRSA (Meticilline-resistente Staphylococcus aureus) en ESBL producerende bacteriën (Extended Spectrum β-Lactamase).
Leiden, Haarlem 25 juni 2001
Lowie van Liere, Dick de Vos
Indiendatum:
aug. 2011
Antwoorddatum: 20 sep. 2011
Rijnland heeft AQUON gevraagd of ze EHEC, MRSA of ESBL bacteriën kunnen (laten) analyseren. Aquon kan dit zelf niet, maar zal een verzoek tot analyse van deze bacteriën laten uitvoeren door KWR (voorheen KIWA).
Op dit moment ziet Rijnland nog geen noodzaak om een monitoringsprogramma voor EHEC uit te werken. Dit vanwege het feit dat de bron van de uitbraak in Duitsland fenegriekzaad uit Egypte is geweest.
Mocht een uitbraak van EHEC of een andere ziekteverwekkende bacterie in Nederland optreden en de mogelijke oorzaak is het oppervlaktewater, dan kan Rijnland binnen een paar dagen een monitoringsplan gereed hebben en de opdracht aan AQUON hebben verstrekt. Binnen Rijnland is namelijk voldoende informatie bekend waar de veeteeltgebieden zijn gesitueerd (volgens KWR zijn veeteeltgebieden een mogelijke bron van EHEC in oppervlaktewater) en ook de benodigde kennis over het opzetten van een meetplan.
Overigens is het de vraag of Rijnland bij een uitbraak van bijv. EHEC de aangewezen instantie is om onderzoek te doen. Deze kwestie betreft m.n. de volksgezondheid en dan zijn vooral instanties als GGD, RIVM, Provincies aan zet. Neemt niet weg dat Rijnland indien daartoe aanleiding is eigen initiatief kan nemen om informatie te verzamelen.
Interessant voor jou
Uitvoering muskusrattenbeheer
Lees verderExotische rivierkreeften
Lees verder